Reanimatie en AED

Reanimatie betekent letterlijk ’de levensgeest teruggeven’. In de dagelijkse praktijk betekent dit dat men met hartmassage en de mond- op-mondbeademing (BLS) iemands bloedsomloop en ademhaling op gang houdt, in afwachting van verdere hulpverlening. Bij een plotselinge hartstilstand - meestal door mond-op- mondbeademing afwisselend toegepast, kan iemands leven redden. Aanvullend op of naast de hartmassage kan indien aanwezig een AED worden toegepast

AED

Een AED, d.i. automatische externe defibrillator, sluit je aan op het lichaam van het slachtoffer. De AED analyseert het hart van het slachtoffer en geeft  bij een fibrillerend hart een stroomstoot. Deze schok zet het hart stil en je hebt dan kans dat het hart wordt gereset. Vaak zijn meerdere schokken nodig. Een AED zegt precies wat je moet doen.

Mensen krijgen meestal thuis een hart- circulatiestilstand. Een redding is dus afhankelijk van degene die toevallig thuis is en/of die persoon kan reanimeren. Al enkele minuten na de circulatiestilstand raken er hersencellen, door gebrek aan zuurstof, onherstelbaar beschadigd.

Door direct te reanimeren (d.m.v. hartmassage en mond-op-mondbeademing, en/of AED gebruik) blijft de zuurstofvoorziening op gang en wordt die beschadiging in het algemeen voorkomen.

Met de AED reanimatie kan iedere reanimist het slachtoffer behandelen. Direct reanimeren is dus een doorslaggevende schakel in de 'keten van overleving' van uw medemens! Een hartstilstand komt altijd onverwacht.

Ook bij verdrinking, verstikking, verslikking, ongevallen en vergiftigingen kan reanimatie een leven redden.

Zo'n drie miljoen landgenoten volgden al een reanimatiecursus. Jaarlijks worden er mensenlevens gered door omstanders thuis, op straat, en op het sportveld.